beginnen

beginnen
{{beginnen}}{{/term}}
I 〈overgankelijk werkwoord〉
[starten/openen] beginstart, 〈formeel〉 commence, open 〈toespraak, spel, onderhandelingen, brief〉
[gaan doen] do
voorbeelden:
1   een gesprek beginnen begin/start a conversation
     een zaak beginnen start a business
2   wat moet ik beginnen! what am I to do?
     wat moet ik met hem beginnen? what am I to do with him?
     er is niets meer met hem te beginnen he's hopeless/ 〈lastig〉unmanageable
II 〈onovergankelijk werkwoord〉
[de eerste handeling verrichten; zich vanaf een punt uitstrekken] beginstart, 〈formeel〉 commence
[als eerste iets doen] beginstart, open, 〈formeel〉 commence
[aanvangen] begin (to/-ing)start (to/-ing), 〈formeel〉 commence, set about (-ing)
[zich bezighouden met] beginstart
[+ over] [gaan praten] bring upbroach, raise
voorbeelden:
2   wit begint white has the first move
     begin maar! go ahead!; 〈met vragen ook〉 fire away!
3   een beginnende hoofdpijn the beginnings of a headache
     beginnen te drinken/roken start drinking/smoking
     laten we beginnen 〈ook〉 let's get started
     〈figuurlijk〉 het begint er op te lijken that's more like it
     weer van voren af aan moeten beginnen be back to square one
     het begon te regenen it began/started to rain
     daar kan ik niets mee beginnen that's (of) no use to me
     goed/slecht beginnen get off to a good/bad start
     opnieuw beginnen start (over) again; restart, recommence 〈werkzaamheden〉
     begin je weer (met dat gezeur)? there you go again (with your nagging)!
     bij het begin beginnen begin/start at the beginning
     hij begon met te zeggen … he began by saying …
     met niets beginnen start from scratch
     het begint donker te worden it's getting dark
4   je weet niet waar je aan begint you don't know what you are letting yourself in for
     ik begin er niet aan! I wouldn't touch it with a barge-pole
     aan iets nieuws beginnen start something new
     hij begon met Frans he took up French
     er is geen beginnen aan why even start?
5   begin er nu niet wéér over don't start that again
     over politiek beginnen bring up politics
     over iets anders beginnen change the subject
¶   daar kunnen we niet aan beginnen that's out of the question
     als je begint … if that's the way you feel about it …
     het is haar om de erfenis begonnen it's the inheritance she's after
     om te beginnen … for a start …
     voor zichzelf beginnen start one's own business

Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels. 2015.

Игры ⚽ Нужен реферат?

Look at other dictionaries:

  • beginnen zu — beginnen zu …   Deutsch Wörterbuch

  • Beginnen — Beginnen, verb. irreg. Imperf. ich begann, oder begonnte, Particip. begonnen, oder begonnt. Dieses Wort ist, I. Ein Neutrum, welches mit dem Hülfsworte haben verbunden wird, und bedeutet alsdann, seinen Anfang nehmen, oder bekommen. Es beginnet… …   Grammatisch-kritisches Wörterbuch der Hochdeutschen Mundart

  • beginnen — beginnen: Die westgerm. Präfixbildung mhd. beginnen, ahd. biginnan, niederl. beginnen, engl. to begin enthält ein im germ. Sprachbereich nur in Zusammensetzungen gebräuchliches altgerm. Verb, dessen Herkunft dunkel ist, vgl. got. duginnan… …   Das Herkunftswörterbuch

  • beginnen — Vst. std. (8. Jh.), mhd. beginnen, ahd. biginnan, as. biginnan Stammwort. Präfigierung zu dem nur präfigiert auftretenden Verbalstamm g. * genn a beginnen , auch in gt. duginnan, ae. beginnan, onginnan, afr. biginna, bijenna. Die… …   Etymologisches Wörterbuch der deutschen sprache

  • beginnen — V. (Grundstufe) zu einem bestimmten Zeitpunkt anfangen Synonym: anfangen Beispiele: Mein Urlaub beginnt am Mittwoch. Die Vorstellung beginnt um 20 Uhr. beginnen V. (Grundstufe) mit etw. anfangen Synonym: anfangen Beispiel: Wann beginnen wir die… …   Extremes Deutsch

  • beginnen — beginnen, beginnt, begann, hat begonnen In zwei Wochen beginnen die Sommerferien …   Deutsch-Test für Zuwanderer

  • beginnen — [Basiswortschatz (Rating 1 1500)] Auch: • anfangen • Anfang Bsp.: • Sie fing an zu weinen. • Ich wusste von Anfang an, dass es ihm nie gelingen würde. • Er fing an zu reden. • …   Deutsch Wörterbuch

  • beginnen — starten; etwas in Angriff nehmen (umgangssprachlich); den Arsch hochkriegen (derb); den ersten Schritt machen; in die Gänge kommen (umgangssprachlich); in die Hufe kommen (umgangssprachlich); einsetzen; …   Universal-Lexikon

  • Beginnen — Ortrud Elsa Elisabeth Beginnen (* 5. Februar 1938 in Hamburg; † 19. Januar 1999 in Stuttgart) war eine deutsche Film und Theaterschauspielerin. Inhaltsverzeichnis 1 Anfänge 2 Erste Erfolge 3 Bühnenjahre …   Deutsch Wikipedia

  • Beginnen — 1. Beginne dein Gewebe nur, Gott wird dir schon Garn dazu geben. 2. Beginnen ist halb gewinnen. 3. Begunnen is halff gewunnen. – Tappius, 9b; Siebenkees, 2; Eiselein, 63. Holl.: Is er een begin, dan komt er ook een einde aan. (Harrebomée, I, 43.) …   Deutsches Sprichwörter-Lexikon

  • beginnen — be·gịn·nen; begann, hat begonnen; [Vt/i] 1 (etwas) beginnen mit meist einer Tätigkeit ↑anfangen (1): die Arbeit beginnen; Sie begann ein Bild zu malen; Das Auto beginnt zu rosten; [Vt] 2 etwas beginnen bewirken, dass etwas anfängt oder entsteht… …   Langenscheidt Großwörterbuch Deutsch als Fremdsprache

Share the article and excerpts

Direct link
Do a right-click on the link above
and select “Copy Link”